Redelijke rotdag gisteren. Zowat alles liep mis. Ik was bovendien echt legendarisch slecht gezind. In mezelf lopen vloeken, onredelijk kijven op de man, boos bellen met allerlei diensten om mijn beklag te doen. En uren verscheten met problemen die ik niet opgelost kreeg. Plannen totaal in de war. Kortom: een maandag om snel te vergeten. En nog keihard tegenwind toen ik de kinderen ging ophalen…
Op de speelplaats, een vriendin. Ik ben blij haar te zien. Even een andere noot in mijn muziekje. Vluchtige conversatie:
‘Hey! Sorry, ik had nog niet geantwoord op je sms’je.’
‘Ja, ik dacht al, die wil niet antwoorden!’
Al het grut komt nu de klassen uitlopen. Kleuterkabaal en voetballen vliegen rond onze oren.
‘Ik dacht, die voelt zich te goed om even te antwoorden en zegt hier gewoon keihard fokjoe tegen mij!’ Gniffel gniffel. Een beetje gelach in de dag. Eindelijk…
Vriendin rent haar zoon haastig achterna. We zwaaien. Zij lacht en roept knipogend: ‘Ja, dat dacht ik! hihi.’
‘Awel dan zeg ik dat ook tegen u! Fokjoe!’ brul ik vrolijk zwaaiend…
Ik draai me om. Ze staan daar. Met drie. Kniehoog. Ik wist het direct. Ik sla mijn hand voor mijn mond, maar het is al te laat. Met drie, grote ogen, vingertjes wijzend: ‘Jij mag dat niet zeggen! Jij mag niet fakjoe zeggen! Jij bent stout!!! Juf! juhuf!…’
Zucht.
Je moet weten dat ik, gedurende de tien minuten dat ik mijn kinderen zocht, achtervolgd geweest ben door een steeds groter wordende bende minimensjes met berispende vingertjes. Morgen als ik op school aankom, heeft die hoop pagadders waarschijnlijk al een actiecomité opgericht… Gelukkig ben ik tegen dan al weer goed gezind.
hahahaaa sorry maar dat leger minimensjes met hun actiecomité vind ik grappig beeld. En hoe is het afgelopen?