Mijn broer trouwde deze zomer. Mijn broer is in feite niet mijn echte broer, maar toch ook wel. Toen ik tien jaar oud was, begon mijn moeder een relatie met een man die al twee kinderen had. Doordat we vijf jaar samenwoonden in een van de meest ingrijpende periodes van mijn leven, werden deze mensen onmiskenbaar rechtstreekse familie. Dertig jaar later zijn dit dus nog steeds mijn broer en mijn zus. Ik kreeg ze cadeau. Het was een duurzaam cadeau.
Die broer dus, trouwde deze zomer met de vrouw die eigenlijk al twintig jaar zijn vrouw is, maar dit was nooit eerder door de burgerlijke stand zo genoteerd. Nu passeerden ze daar en lieten dit noteren; geflankeerd door applaus en enthousiaste kreetjes van de aanwezige vrienden.
Bovendien werd er voor deze vrolijke gelegenheid aan de rest van de dag ook een feestje toegevoegd. Twintig jaar samen én trouwen. Redenen genoeg. Er kwam veel volk; er werd veel gelachen, gegeten en gepraat. Helemaal volgens de verwachtingen. Trouwen is over het algemeen een feestje van plezier, hoop en liefde. In dat opzicht verschilde deze trouwerij niet van andere.
Maar wat speciaal was, en mij bijbleef, was dat dit koppel – tot twee maal toe – door de micro – in koor – zei dat ze zo dankbaar waren. Want ‘het was door ons – de gasten – dat zij geworden waren wie ze zijn.’ We worden wie we zijn dankzij de mensen met wie we ons omringen. Jullie maken ons.
Ik vond dat mooi. Ze zeiden het ’s ochtends en ze herhaalden het ’s avonds. Ze vonden het dus belangrijk om te zeggen. Het maakte me bewust van de impact die wij hebben op elkaars leven. Dat wij vooral bestaan, lachen, voelen en genieten dankzij onze vrienden. Evident natuurlijk, dat we anderen nodig hebben in ons leven, maar het was uitzonderlijk omdat hun huwelijk daardoor niet iets was tussen die twee individuen, maar iets van ons allemaal. We werden allemaal betrokken partij. Het was alsof we allemaal een beetje mee trouwden.
Het maakte me betrokken. Geliefd. Belangrijk. Medeverantwoordelijk. Het maakte me deel van grotere dingen. En alle andere aanwezigen ook. Zoveel huwelijken gaan over zichzelf. Over de trouwers. Over hoe ze elkaar leerden kennen, over hun goede en slechte dagen. Maar dit feestje was ook voor ons. Wij werden in de bloemetjes gezet. Ja, het is waar dat het op andere huwelijken ook een beetje zo is. Dat de gasten uitgenodigd worden omwille van de vriendschap natuurlijk. Maar de expliciete formulering benadrukte het perspectief. En het zit hem soms in de nuance, in de details.
En het is precies dat wat we in deze samenleving kunnen gebruiken: minder ikke, en meer wij. Ik ga subiet wat vrienden knuffelen…