Soms gooien mensen uitspraken door elkaar en maken ze zo, meestal per ongeluk, nieuwe grappige uitdrukkingen. Mijn lief maakt er vaak grappige. De cliënten op het werk ook. Soms doe ik het zelf… Het gaat me wel om de onopzettelijke versprekingen en niet de bewust gekozenen. Ik probeer er enkele te verzamelen:
– Ge begrijpt er geen snaps van! (het lief verspreekt zich)
– Pleegvader klaagt over de moeder van het pleegkind:
“Ze strooit heel de tijd zout in ons eten!” (roet)
– Mijn lief stelt me gerust dat we voorwerp x wel terug zullen vinden:
“Dat duikt wel boven!” (combi van opduiken en boven water komen)
– Cliënt: “dan gaat de ballon aan het rollen!”
– Via via: “Ik snap er genen toyota van!”
– Collega: “Je moet er niet teveel pladijzen opgooien.” (van ‘je moet er niet teveel eieren onder leggen).
– Dan gaan we daar aan starten… (hulpverlenersprietpraat)
– In de lucht zijn (mijn lief. Hij bedoelde: in de wind zijn)
– Een alleenzaat (een eenzaat)
– Zo te weer gaan (cliënt: zo te keer gaan)
– Cliënt: “Ik pak nu wel depressieve pillen en zo.” (antidepressiva)
ik vond er eentje uit… wachten tot als de plekken van de koeien vallen: dan pas ben je echt heel geduldig
De meest hilarische die ik onthield: ‘tsja, ze had natuurlijk uit de klapstoel gebiecht’ 😀
ik en mijn moeder wij hadden een ander meningsverchil (van vroeger buurmeisje)
Ikzelf laatst: Nou, schiet mij maar dood! Haha.
Hier zij een cursist onlangs: daar kraait toch geen hond naar!
Ik nodig U uit , om naar het cafétariaat te komen. ( Een nieuwe Belg )